De Pyreneeën hebben een lange ontwikkeling doorgemaakt. In de laatste 350 miljoen jaar is het gebied vlakke zeebodem geweest, tot gebergte opgeheven, afgesleten en onder de zee verdwenen, en nogmaals tot gebergte verheven. Sindsdien is het weer afgesleten, o.a. door de schurende werking van gletsjers. Het gebied kent bijgevolg een grote diversiteit van gesteenten: toppen van graniet, gneis en kalksteen; beek- en rivierbeddingen van zand, grind en klei.
Hoofdstructuur Dit gebergte (lopend van west naar oost) heeft drie hoofdelementen:
De hoofdkam of axiale zone; hier liggen de grootste massieven en hoogste toppen (Balaïtous, Neonvielle Gavarnie, Maladetta, Bassies, Mont Louis, Querigut Millas, Canigou en Amelie), en komen de oudste en uit het diepste gekomen gesteenten voor: gneis en graniet.
Het voorgebergte, bestaande uit brede stroken ten noorden en zuiden van de axiale zone; het gesteente stamt uit de geologische middeleeuwen en bestaat vooral uit kalk.
Uitlopers in het laagland met de jongste afzettingen
Golfbeweging Aan de Franse kant is het voorgebergte 60 km breed, aan de Spaanse kant zelfs 120 km. Waarschijnlijk is dit verschil het gevolg van de golfbeweging in de aardkorst bij de gebergtevorming. Zij begon aan de Franse kant, was op zijn krachtigst in de axiale zone en dijde tenslotte uit naar het Spaanse deel, de Sierras Exteriores. Het algemene beeld van plooien die omvallen naar het zuiden hangt met deze golfbeweging samen. Heel mooi zijn ze te zien bij de Marboré boven de watervallen van Gavarnie, en de monte Perdido. Vooral op wandeling 4 door de Ordesa, konden we geologische opbouw mooi waarnemen.
Doorsnede van het Massief van Marboré en de dalen van Estaubé en Ordesa
Geschiedenis De oudste gesteenten (430 - 235 miljoen jaar) werden bedekt met kalk, zand en klei. Aan het eind van het Paleozoïcum werd het opgeheven tot gebergte, maar weer vrij snel (geologisch gezien) geërodeerd. De toppen bleven afgerond achter, wat in de noordelijke en zuidelijk zone nog te zien is. Hetzelfde patroon vertonen de Ardennen. 65 tot 2,5 miljoen jaar geleden (in het Tertair - toen ook de Alpen ontstonden) kwam het gebied opnieuw omhoog, waarbij zeer oude gesteenten aan de aardoppervlakte kwamen. Deze granietmassieven vormen de hoogste toppen (o.a. de Aneto). Door de hoge druk en temperatuur veranderden de gesteenten van structuur en samenstelling: uit klei ontstonden de veel hardere schisten, zand ging over in kwartsiet, kalk in marmer en graniet veranderde in gneis. Bij dat laatste ontstaan mooi verdeelde mineralen en een gebandeerde structuur.
Klik op de foto voor panorama uitvoering
Gletsjers In het landschap is de invloed van de gletsjers uit de ijstijden nog herkenbaar. De canyons zoals in de Ordesa zijn ontstaan door de oplossende en uitschurende werking van smel****er, sneeuw en ijs. In de hooggelegen verzamelbekkens ontstonden keteldalen (Cirque de Gavarnie bijvoorbeeld) door de langdurige opeenhoping van sneeuw en ijs die gletsjers vormden welke het bekken uitschuurden en gesteente naar door de dalen afvoerden.
__________________
zina : As the wind blows, as the eagle soars,
as the wolf runs, such are the ways nature,
from them we must learn, freedom.